Jeruzalem, uw gouden paar`len poorten,
stralen mij op weg naar u, tegemoet.
De stad van vrede en gerechtigheid,
zo vredig liggend in een gouden gloed.

Wat een dag zal het zijn als ik bij u mag
binnentreden,  waar koning Jezus
mij begroet, dat Hij zal zeggen jouw
strijd is gestreden, kom maar binnen,
de overwinning is door Mij betaald,
Ik heb je nu voor eeuwig thuisgehaald.

De tranen zijn voorbij en nooit meer
zul je wenen. Ik wis ze af, blijmoedig
mag je nu Mijn poorten binnentreden.
Het oude is voorbij, Ik maak alles nieuw.