Dank U, Here God, voor het geduld
waarmee U heel mijn wezen vult,
met Uw licht zo liefdevol onthult
wat me steeds opnieuw vervult
met zonde en dan met schuld.

Dank dat U mij roept tot de taken
waarmee U mijn leven zinvol wil maken,
ook dat U oproept tot het voeren van strijd
tegen de boze macht die met alle kracht
blijft zieden, treiteren en loeren,
omdat deze mij wil voeren 
tot zelfs eeuwige dood.

Uw vaderhart is zo groot
dat ik, hoewel met schuld belaân
zonder schaamte voor U mag staan,
omdat Uw Zoon heel mijn zondelast
met Zijn bloed zó schoon wast,
dat ik smetteloos en rein
Uw kind mag zijn:
áltijd levend,
nooit dood.

2006 {jcomments on}