We wilden meer Heer, dan Uw kracht:
Dan was U loven niet meer nodig,
U, die Uw liefde openbaarde,
had onze schuld voor ons volbracht.
U had Uw liefde ons gegeven
waarmee we volop konden leven,
maar we wilden eigenmacht.
We tastten doelloos in het duister
en prutsten zo met eigen luister
dat we U niet vinden konden.
Dat was pas erg, dat was pas zonde!