Eens zit je in mijn buik 
 dan ben je zo ongelooflijk klein. 
 Ja, dat zou een wonder zijn.
 
 Ik houd nu al van jou 
 en al schopte je elke dag,
 je voelde dat je er zijn mag.
 
 Nu denk ik dat je stil bent 
 in slaap gevallen of zoiets 
 maar helaas zit er even niets.
 
 Toch blijf ik op jou hopen
 en ik blijf naar jou verlangen
 jij lieverd met je bolle wangen.
 
 Laat ons niet al te lang wachten
 want wachten doet pijn
 en dat voelt niet erg fijn.
 
Toch helpt God iedereen
ook al verwacht je het niet.