Wij zaten allen in een kring,
verenigd in de Heer.
Gods arm omsloot ons, als een ring.
Wij brachten lof en eer.
 
Wij zaten daar en warmden ons
bij Jezus’ liefdesvuur.
Wij aten ‘t brood, dronken de wijn,
het was een heilig uur.
 
Toen zagen we op, naar Zijn gezicht.
Bewogen was ‘t. - Vol trouw!
Hij hield Zijn oog op ons gericht
of Hij iets zeggen wou.
 
Zijn blik beduidde ons met elkaar
op ‘t hart van Zijn gebed:
“Zie je niet gindse grote schaar?
Zij zijn nog niet gered!”
 
Wij zaten allen in een kring.
Ons vuur blies Gods Geest aan.
Dit houden we in herinnering
totdat wij zullen gaan.