Het ligt verborgen achter flinterdunne kleuren
Het grijze weggevaagd door nog een stoffig blauw
En in de ochtendnevel geurt de zoete aarde
Als bloesems openvouwen dat ik van je hou

Het is verdronken in de opgedroogde parels
De nachten uitgedauwd in lome dageraad
En in de middagwarmte kleurt de tijd de waarde
Omdat de zon verlangend aan de hemel staat

Het deert niet meer, de dagen zullen lengen
De lente wordt verwelkomd met gelach
En in de avondluwte streelt het fijnbesnaarde
Wanneer de merels zingen van de gouden dag


Anne M. Hoogveld