hoe zal het nieuwe jaar gaan wezen,
in januari, en na dezen;
zal het een jaar zijn zonder vrezen,
met dank aan God, Hij zij geprezen

omdat wij in de Schriften lezen
dat Hij, de Heer, ons wil genezen
van zonden die weer zijn herrezen,
en die ons worden nagewezen

wij weten wel waarvan dat komt:
dat is een stem die niet verstomt,
zijn vijandschap is niet vermomd
als hij ons kwaad bij God opsomt

doordat hij ons weer weet te raken,
en kans ziet, om weer klaar te maken
dat wij de Heer willen verzaken,
en van de weg van God afhaken

dan heeft hij grond om ons te wraken,
en ons bij God zwart te gaan maken,
als wij in zonden weer vastraken:
wil hij eeuwig verderf doen smaken

maar zo zal het niet gaan in dezen:
aan ‘t recht van God, Hij zij geprezen,
dat staat hier in Zijn Woord te lezen
is reeds voldaan, dat is bewezen

door Jezus, in de stad der steden;
naar Golgotha is Hij getreden,
om onze plaats daar te bekleden,
voor ons heeft Hij de dood geleden

daar heeft de Heer voor ons gebeden,
“het is volbracht”, dat klinkt ook heden,
en wie Zijn Naam hebben beleden:
wacht ’t leven, in de Hof van Eden

zo zal het nieuwe jaar gaan wezen,
in januari, en na dezen:
het zal een jaar zijn zonder vrezen
dank aan de Heer, Hij zij geprezen

omdat wij in de Schriften lezen:
Hij, Jezus Christus, onvolprezen,
wil met ons zijn, nu, en in dezen:
om eeuwig bij de Heer te wezen