Een veestal in de wei

De lange tocht moe gegaan
zagen zij een afgelegen herberg staan
Jozef mijn weeën komen
laat ons zoeken naar een onderkomen
 
de herbergier had een apart gevoel
riep hier geen plaats door het gewoel
alleen in een veestal in de wei
daar is nog een plaatsje vrij
 
Maria moest niet eens nadenken
ze zou weldra nieuw leven schenken
aan Gods zoon in een arme stal
vreemd voor een Koning van ’t heelal
 
een engel in Efrata’s velden
ging het aan de herders melden
die zijn terstond naar Bethlehem gegaan
en zagen daar de Messias aan
 
een nooit geziene ster boven Bethlehem
lichtte tot drie koningen van ver
die legden bij het Kind  hun geschenken neer
en wij vieren  ieder jaar Zijn geboorte weer.