O, Kerstfeest, feest van de open deur,
die aan de hemel is.
Het Kerstfeest tilt ons uit de sleur:
Gods heilsgeheimenis.
't Is vrede voor het mensenhart,
bevrijding, die de strik ontwart.
’t Is liefde, die de satan tart.
't Is 't feest van Jezus Christus!
 
't Is Gods Zoon, die naar profetie
reeds eeuwen her voorspeld,
het mensenkind kwam redden, die
slechts vree bracht voor geweld.
't Is Jezus, die de banden slaakt,
die harten met Zijn liefde raakt,
die alles nieuw en stralend maakt.
't Is ‘t feest van Jezus Christus!
 
Het klokgeluid klinkt overal:
O, kom zoals je bent!
de Vriend, die is en blijven zal,
maakt Zich aan ons bekend.
De wachttijd heeft nu afgedaan.
Ik mag de Gods poort binnen gaan.
Kom, hef met mij een danklied aan.
`t Is feest van Jezus Christus!
 
Weet jij de weg? Kom dan met mij:
Dat ‘k samen met jou kniel,
precies zoals eens ‘t herdersvolk
aan Jezus voeten viel.
Met harten vol van dank en eer
aanbidden wij die Vorst en Heer.
God, breng ons weer die hemelsfeer!
't Is feest van Jezus Christus!
 
Wat zien wij in die kleine stal?
Gods heil valt ons te beurt.
Vind geen paleis .... Maar wel voor al:
die openstaande deur!
Heer Jezus, zo ontvangt U mij.
‘k Weet nu de weg geopend, vrij !
O, Kerstfeest, maak ook, mijn hart blij ....
Kom binnen.... Jezus Christus!