Ze noemde teer de naam van 't kind
dat in de dierstal was geboren.
Het werd door haar bemind
maar zou aan Israël behoren.

'Je bent Gods zoon,' sprak zij zo zacht,
'Je zult nu Jezus mogen heten.
Je bent al eeuwenlang verwacht,
wie zal er van dit wonder weten?'

Je bent zo klein, maar wordt zo groot
als zoon van God op Davids troon,
geboren uit mijn moederschoot,
Immanuël, en toch mijn zoon.

Toen ging de staldeur zachtjes open.
God zelf had al het wonder doorverteld.
En herders die op de Messias hopen
zijn haastig naar hem toegesneld.

Ze noemden Jezus 'Zoon van vrede'
Gods welbehagen ging hen voor.
Dit kind, verhoring op hun bede
hen aangezegd door een eng'lenkoor.

'Je bent Gods zoon,' sprak zij weer zacht.
Zelfs armen komen je begroeten.
De vrede is compleet in deze nacht
voor elk die jou hier wil ontmoeten.
 
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.

Reacties mogelijk gemaakt door CComment