Wij spraken vandaag een vrouw,
ze kwam uit een Oosters land,
ze droeg een doek om haar hoofd
en had een fotoboek in haar hand.

En half in Engels vertelde ze
over verschrikking over nood,
hoe ze vluchtte met haar zoontjes
terwijl haar man daar werd gedood.

Wij zagen de gruweldaden
die ze toonden in het boek,
martelingen en verderf
vrouwen gevangen in een doek.

Ook sprak ze over moorden
onderdrukking en geweld,
ze pleitte voor haar mensen
zo heeft ze het ons verteld!

Ze vroeg er om een gave
om de goedheid van ons hart,
wij zagen haar pijn en moeiten
wij zagen haar bittere smart.

Ons hart dat werd bewogen
om haar in de vreemde hier
en terwijlk wij haar wat gaven
sprak ik zacht: "God bless you dear!"

 (Waar gebeurd gedicht.)