Wanneer men vierentachtig is
dan is de tijdgrens niet ver weg,
Heer, geef mij dan behoudenis
als ik straks het leven afleg.

Ik zal dan vóór U komen staan
na het sterven volgt het oordeel,
de boeken zullen open gaan
U ziet mijn leven als geheel.

Ik bid U om genade, Heer
zonder dat ben ik verloren
en ik erken dat al te zeer.

Wil toch naar mijn bede horen
schrijf in Uw boek mijn naam, o Heer
laat aan mij Uw gratie gloren.

bij Openbaring 20 : 12 en 13.