Een vreemde voor mij;
zijn stem verdwaalde
in mijn tranen,
mijn antwoord
leeg en vluchtig,
maar
met mijn naam
op Zijn lippen
wordt Hij mijn geliefde,
springt Hij over bergen,
huppelt over heuvels;
mijn winter voorbij,
bloesem uit dood hout.

(bij Johannes 20: 16a: Jezus zegt tot haar: Maria!)