Er was een kwellend leed in haar gedachten.
De dag waarop ze ooit alleen zou zijn.
Zonder dat nog iemand op haar zou wachten.
Het werd een niet meer te dragen pijn

dat haar verlamde en dagelijks deed huilen.
Wie zal haar bijstaan in haar eenzaamheid?
Bij wie zal ze met haar vragen kunnen schuilen?
En raakt ze ooit haar angsten kwijt?

Ik zal mijn handen om jouw handen vouwen.
En je leren op Mij te gaan vertrouwen.
Schuil  nu maar bij Mij.

Ik zal je elke nieuwe morgen dragen.
Durf het maar met Mij te wagen.
Ik ben er altijd bij.