Toen de tijd gekomen was,
zond "Ik ben" Zijn Zoon.
Hij, die is en was en komen zal,
verliet Zijn hoge troon.

Na dertig jaren hier op aard,
gaf Hij Zijn namen door:
"Ik ben", zo sprak Hij telkens weer,
de ene weg en waarheid, hoor:

Ik ben de ware wijnstok.
En jullie zijn de ranken.
Blijf dicht bij Mij,
dan zul je kunnen danken.

Ik ben de goede herder.
Voor Mijn schapen de deur.
Zo is de weg weer open
en krijgt het leven weer kleur.

Ik ben het levende water.
Wil je nooit meer dorst?
Kom dan hier en drink maar
bij de Levensvorst.

Ik ben het licht der wereld,
zodat het pad weer zichtbaar wordt.
Ik leid je dwars door zorgen heen,
dan lijkt de weg weer kort.

De Vader en Ik zijn Eén.
Wie Mij kent, kent Hem. Hij heet:
Ik ben, die er zijn zal.
Ik ben het, die jou nooit vergeet!