hij was naar Jericho gegaan,
het stadje daar bij de Jordaan;
bij die rivier kwam hij te staan,
hij kon er door het droge gaan

om aan de overkant te komen,
want de sterke waterstromen
werden er uiteen genomen,
hadden zich daar in te tomen

hij was profeet in Israël;
men kende zijn bediening wel:
hij was gevreesd door Isabel
toen hij optrad bij de Karmel

naar de Horeb was hij gegaan,
daar heeft hij toen voor God gestaan;
Zijn steun heeft hij daar opgedaan,
en toen kon hij weer verder gaan

nu kwam een einde aan zijn gang:
hij diende God zijn leven lang,
Die stond bij hem op d’eerste rang:
aan Hem komt toe ons lofgezang

engelen kwamen hem halen,
zonder gaan door doodse dalen
ging hij naar de gouden zalen,
om God’s lof daar te verhalen

Elia’s stem klinkt nog steeds voort:
hoort met mij naar ’t Goddelijk Woord,
dan zult ook gij gaan door de poort
naar Eden ’s Hof, waar u thuis hoort