Je hoeft slechts om je heen te kijken
Naar een strakke blauwe lucht
De zwanen die hun vleugels strijken
Na een verre vogelvlucht

Naar bomen die hun blad verliezen
Maar nu nog staan in gouden gloed
En mezen die een tuintje kiezen
Waar zij trouw worden gevoed

Dat samen stil te ondergaan
Hand in hand, zonder te spreken
Verdrijft de dagelijkse waan
Kan elke sleetse sleur doorbreken

Het wonder van het afscheid nemen
Van een seizoen dat over is
Zo schrijft de schepper in zijn hemel
Alweer een stuk geschiedenis
Marian van der Veen-Niemeijer