dezer dagen reed ik langs akkers en velden
met gras en water, en in de verte bomen
in nazomerpracht, die God's grootheid vermelden
en zo uit de handen van de Schepper komen

als dat al zo mooi is, hoe mooi was dan Eden
waar geen enkele breuk overheen was gegaan
en waar de Heere was, we hoorden Zijn schreden
als Hij naar ons toekwam om met ons om te gaan

het is nadien tot verlorenheid gekomen,
voor de schepping leidde het tot vruchteloosheid
vergeleken met hoe het was voorgenomen:
om heerlijkheid te zijn in alle eeuwigheid

ijdelheid der ijdelheden, zegt Prediker
het is nooit genoeg, het is najagen van wind
het vervult niet bij de zoeker en de denker
totdat ons hart bij God de ware ruste vindt

de schepping ziet uit naar het herstel der dingen
de vruchteloosheid die 'r was, die zal verdwijnen
flora en fauna zullen blij God's lof zingen
de heerlijkheid van God 's kind'ren zal verschijnen

de schepping wordt van haar dienstbaarheid losgemaakt
hemel en aarde zijn vol van God's heerlijkheid
de Heer heeft het herstel der dingen waargemaakt
zo was 't bedoeld, zo zal het zijn in eeuwigheid

wandel met Hem, dat zijn de wegen naar Salem
Hij ziet ons handelen, en de Heer houdt gericht
maar ieder die hier leeft en die hoort naar Zijn stem
wacht eeuwig leven, bij Hem, voor Zijn aangezicht

bij : Prediker 1