knerpend
klinken de geluiden
bij elke voetstap
die ik zet
in vrijwel ongekende rust
dwarrelt de sneeuw
neer uit de schatkamers
van God

en wat geen mens
in deze wereld
die bol staat van de haast
ooit voor elkaar krijgt
met regels en geboden
gebeurt als Hij
tegen de sneeuw zegt
dwarrel neer

zijn majesteitelijke stem
brengt tot onthaasten
en verwondering

een witte wereld
dempend
kakofonieën van geluid
vertragend
snelheid van het leven
doet beseffen
hoe luisterrijk U bent



Job 37 en 38