Opkomende zon, je verwarmt mijn leven.
Weet je wel hoeveel kleur je kunt geven?
Zonder jou is er geen Licht,
geen horizon en vergezicht,
jij bent het die mijn wegen verlicht.
Mooie heldere maan,
die mijn gezicht beschijnt voor het slapen gaan.
Ken jij je waarde, weet jij hoe je schijnt?
Wanneer de dag en avond verdwijnt?
O, kleinste ster van het almachtig firmament,
jij die voor mij een prachtig licht bent.
Een teken van verbinding,
opent mijn herinnering.
Ken jij wel je eigen Licht?
Of heb je ook je ogen nog dicht?
Mensen en dieren, schepselen en schepping,
leven ook jullie in liefdesvereniging?
Hemel en aarde van onschatbare waarde,
geen mens die het geschapene evenaarde.
Dus het Loflied luidt ter ere van Uw naam,
die Hemel en aarde verenigt tesaam:
Grote God vol liefde en wijsheid,
die eeuwig de Schepper van alles en nu zijt.
Weet U dat ik mijn leven,
aan U alleen wil geven?
U alleen wil ik dienen die vervullend mijn hart verblijdt.
