Het was beangstigend en duister
ja aardedonker om mij heen,
ik probeerde een weg te vinden
toen een zacht Licht mij bescheen.

Oh ik herkende direct mijn Jezus
en rende blij Hem achterna,
bij Hem ben ik volkomen veilig
zelfs als ik door het donker ga.

Ook al hield ik Hem goed vast
en leunde zelfs op Hem,
tóch werd mijn geloof beproefd
maar toen hoorde ik Zijn stem!

Hij lachte en ik zag een open hand
- en Jezus wist het wel-
dat daarin twee gouden sleuteld lagen
rechtstreeks uit de duistere hel.

Hij draaide Zich om en sprak tot mij:
"Kom op Mijn kind ga staan,
wij hebben glansrijk overwonnen
dát is wat Ik aan 't kruishout heb gedaan!"

"Zie je deze gouden sleutels,
die zijn van de dood en dodenrijk,
Ik heb ze opgeëist door Mijn offer
je mag nu leven in Mijn Koninkrijk."

Nu heeft de donkere duisternis
geen schijn van kansen meer,
want Jezus is het Eeuwige Licht
en de opgestane Heer!

Openbaring 1:18.

Gedicht geschreven n.a.v. een getuigenis!
Alleen ingelogde dichters van de gedichtensite kunnen reageren.

Comments powered by CComment