Het zwakke en het nietige
    het kleine onaanzienlijke
    hebt U verkoren, Heer!
    U wilt ontferming tonen
    aan dochters en aan zonen
    geeft hen Uw sterkte weer.

    Leer mij toch dat lam te zijn
    dat wil komen met de pijn
    fluisterend: ik heb U nodig!
    Want Uw liefde zocht me op
    maakt een eind aan mijn getob
    en sterke poten overbodig.

    U neemt me in Uw armen
    mijn lijf kan zich nu warmen
    op Uw schouders lig ik gerust!
    En dan, op de bekwame tijd
    ben ik tot verder gaan bereid
    van Uw aanwezigheid bewust.
    
    Herder die ook Lam wilde zijn
    om te sterven aan alle pijn
    U alleen de roem en eer!
    Om in verbondenheid te leven
    om te ontvangen en te geven
    zet U mij bij de kudde neer.