Ik ving iets op vanmorgen,
het ging over de preek,
de één zei tot de ander;
het was weer zo cliché,
toen zei de ander tot de één
bid jij nog wel eens dan
voor onze predikant,
nou nee, sinds lang niet meer,
toen werd het stil
en ben ik weggevlogen,
ik zag nog net die duif
boven hun hoofden.