( Eerste gedicht van tweeluik )

Zij loopt de straat op met haar
stem die tot de dwazen roept
met klem dat zij zich van wat
waar is distantiëren

En dat zij recht praten wat is
krom zich uitleveren aan wat
klinkt vals en dom en het
onnozele vereren

Aanspreken doet zij wie
de weg met leugens in slaan
hoogmoedig het pad van
onbetrouwbaarheid betreden

Zij die er al was voordat er
heuvels oceanen kwamen

Zij die al sprak voordat de
velden zandkorrels spraken

Zij heeft de waarheid lief
meer nog dan zilver goud
en edelstenen

Wie haar negeert of mijdt
is niet behept met
Wijsheid
U bent niet geauthoriseerd om reacties te posten.

Reacties mogelijk gemaakt door CComment