Er ligt een man op zijn matras,
al jaren lang vol hoop te wachten.
Hij wou dat hij genezen was,
maar het ontbreekt hem steeds aan krachten.


Steeds als het water wordt beroert,
en hij naar het water af wil dalen.
Is er geen mens die hem meevoert,
hem helpt of even op komt halen.


Helaas hij is niet snel genoeg,
en hij moet nu de tol betalen.
Omdat geen mens hem liefd'vol droeg,
waardoor hij telkens weer deed falen.


Toen kwam de Heiland hem voorbij,
en vroeg hem: "Zal Ik je genezen"?
Ja; klonk het antwoord, hoopvol blij,
Heer dat zou echt geweldig wezen!


Toen sprak de Heer, "Vriend, neem je bed,
sta op en ga bevrijdt en wandel".
"Er is voor jou nu geen belet,
door 't woord van liefd' waaruit Ik handel".


De man sprong op en Hij ging heen,
en deed het badhuis toen verlaten.
Hij liep blij door de straten heen,
verheugd van zijn genezing praten.
Justus. A van Tricht


17 april 2006