Als ‘s morgens, de wekker gaat
en ‘k ben nog lang niet wakker,
mijn hoofd niet naar werken staat,
bloeien reeds de bloemen op de akker.

Ik hoor het nieuws en denk verbolgen;
"Is dit een dag om op te staan?"
Mijn gedachten kan ik nog niet volgen.
En..., ik zie een bloeiende geranium staan.

In een lange file sta ik te wachten,
in somber, druilerig weer.
Ieder mens staat in sombere gedachten.
En..., in ‘t park bloeien de hyacinten weer.

Het werk wil deze dag niet slagen,
wat ik goed wil, wordt verknoeien.
Buiten loeit de wind met felle vlagen.
En..., in de tuin zie ik seringen bloeien.

Als ik thuis, uit wil rusten na deze dag,
wordt ik eindeloos boos,
bij ‘t doornemen van ‘t financieel verslag.
En..., in de tuin zie ik de eerste roos.

‘s Avonds, als ik ter-ruste ga
en alles van die dag bij name noem,
dank ik U Heer, voor Uw gena
en..., voor het bloeien van een bloem.

12-04-‘91