Van huis en haard verdreven
door ’t water opgejaagd.
Is er voor hen geen toekomst
geen morgenlicht dat daagt.
Zij vluchten met miljoenen
niet wetend wat hen wacht.
Geen huis om in te wonen
geen bed in open nacht.

Zo leven zij tezamen
hun levensdroom verstoord.
De dood heeft in hun leven
keihard het laatste woord.
Wie dit ziet die blijft vragen
waar is dan toch die God.
Die mensen blijkt te redden
en keer brengt in hun lot.

God heeft geen andere handen
en voet dan Hij ons gaf.
Om mensen te gaan helpen
onttrekkend aan het graf.
God vraag van ons om daden
die voor hen reddend zijn.
En die hen zullen helpen
in ’t groot en in het klein.

Wij mogen niet vergeten
hun leed zo scherp gevoeld.
Waaraan zovelen lijden
door ’t water overspoeld.
Nu ziekte en honger beiden
de dood voor ogen toont.
Laat hen met zorg en aandacht
door ons worden beloond.


N.a.l.v. de Watersnoodramp in Pakistan 2010

Nieuw ingezonden gedichten