Lieve Vader in de hemel,
ik vind geen dankwoorden
voor de vreugde U mijn God te weten,
Uw Zoon mijn broeder te mogen heten.

Dank U, zoals U vol liefde Vader bent,
ons vormt tot Uw kinderen, ons niet verwent.
Zoals kinderen eigen is, is mijn dank zo incompleet,
omdat ik van Uw goede zorgen maar gedeeltelijk weet.

Als ik terugkijk in de tijd
zie ik wel Uw liefdevolle wijsheid:
dat elke moeite, verleiding, tegenslag, pijn
op mijn pad tot groei, snoei, bloei bedoeld zijn.

In moeite leer ik overgave en vertrouwen slechts op U,
U verhoort mijn gebeden door alles heen, zie ik nu.
Mijn zegeningen verwoorden wordt zo uitgebreid,
dat ik ze, U noemend, al snel word afgeleid.

Dank voor al het goede, mooie, lieve, fijne dat ik ontving.
Dank U dat U mij leerde dat ik U evenzeer toezing
voor alles wat ik zelf niet wilde aan last en strijd,

dat U laat overwinnen in wat ik liever vermijd.



In alles wat U me gaf, leerde, ervaren deed,
waarvan ik me dat realiseer, lieve Vader, U weet
dat ik U het liefst alleen bedankend wil aanbidden
in uitgesproken, gezongen, stil of vluchtig schietgebed.

Maar ik vráág U steeds in onafgebroken stroom,
de gewenste antwoorden heb ik al uiteengezet.

Dank U, dank U, dank,
voor de dieren, het gewas,
voor de ochtend en de avond,
voor wat U bevrijdde en genas.

Dank U dat ik bewegen kan en zingen,
dank U voor mijn spierkracht en verstand,
voor zovele pijnlijke, toch fijne herinneringen,
dank U vooral voor de reisgenoten naar Uw land.

Dank U dat U mij wilt leren
dankbaar te leven uit Uw hand.

2006 {jcomments on}