Mijn Heiland en mijn Heer,
steeds verwonder ik mij weer,
ik een mensje zo klein,
een kind van de Vader mag zijn.
 
ik mag het dan ook zeker weten,
dat God mijn Vader wil wezen,
Jezus, grote Broer en mijn Vriend,
bedankt, dit heb ik niet verdiend.