Als een vogeltje zo klein,
mag ik veilig bij U zijn,
daaglijks vliegen hemelhoog,
weg van zorgen, hoog en droog.
U, mijn steun en toeverlaat,
ook als 't leven minder gaat.

Zingen in de donk're nacht,
waar ik biddend U verwacht,
U dekt mij beschermend toe,
ik ga slapen, blij te moe,
met het hart op U gericht,
na het duister komt het licht.

Ochtendgloren, sluimering,
wakker worden, tinteling,
licht en uitzicht, nieuwe dag,
die ik weer beleven mag.
Hij, mijn Schuilplaats t' allen tijd.
geeft mij vrede in de strijd.

Jakobus 5:13
Psalm 3:6 - 63:8