Ik ben toch zo ontzettend blij,
Jezus leeft, voor u en mij!
‘k was zo opstandig toen 'k hoorde van Zijn dood;
mijn geweten was in grote nood.
Zo’n lieve man aan ’t kruis geslagen,
ze lieten Hem zelf Zijn kruis nog dragen.
Wat moest Hij veel verduren,
was dat niet anders te sturen?
Alles was zo gepland hoorde ik achteraf
en in gedachten stond ik bij het graf
op die stille Paasmorgen
die eerst zo weinig uitzicht bood
maar de pijn in mijn hart werd op slag gedood
toen ik hoorde hoe het was gegaan.
Hij is uit de dood opgestaan!
En nu ben ik toch zo ontzettend blij
want Hij leeft ook voor mij!
Hij heeft mijn zonden weggenomen,
‘k voel Zijn bloed door mijn aderen stromen.
Dank zij Hem mag ik leven
en ieder die het geloven wil mag dit zo beleven!


Uit: "Granaatjes met een gouden slot".