De avond valt
heel langzaam
wordt het schemer
Gods schilderhand
baant al het daglicht weg
de laatste grijs met goud
omrande wolken
vertolken 't einde
van een Lentedag

nu is het stil
zo moest het vaker zijn
zo'n nameloze rust
hier om mij heen
heel eventjes met
God, mijn God alleen

maar straks,
wanneer de morgenzon
weer schijnt
verdwijnt de rust
die 'k nu voel
in de tijd