Als koningen staan ze daar
En de bergwind blaast
Hun legenden door mijn haar
Onbeweeglijke pracht
Eeuw na eeuw
Koele trots, eeuwige sneeuw
De stilte is er hoorbaar
Gods aanwezigheid haast tastbaar
Niets ter wereld
Maakt me zo onbeduidend klein
Alsof in hun nabijheid
Iets belangrijk zou kunnen zijn
Zo lang ik leef
Zal mijn wezen naar hen verlangen
Houden ze mijn hart
Tussen hun hellingen gevangen


Anke Pronk-Waterlander 
19 augustus 2005