Als wij de Heer om zegen vragen,
dan is ons geloof dikwijls zo klein.
Want wat wij vragen om te vullen,
blijkt vaak een vingerhoed te zijn.
Maar Hij wil ons veel meer doen geven,
als 'd inhoud van een vingerhoed.
Zelfs als wij om een emmer vragen,
die Hij rijk overlopen doet.


De Heer meet met heel andere maten,
dan die wij kennen, ons bekend.
Veel ruimer zijn, Zijn milde gaven,
waar onze Vader mee verwent.
Wij mogen immers alles vragen,
in 't geloof zonder bescheidenheid,
Hij zal ons dan het goede geven,
waarmede Hij ons hart verblijdt.


Vaak te bescheiden, zijn de wensen,
en wordt 't verlangen niet vervuld.
De mate waarop Hij wil geven,
wordt altijd rijkelijk onthult.
Want als wij gelovig biddend vragen,
om liefde, wijsheid en om kracht.
Vervult Hij ook de andere noden,
die voor Zijn troon worden gebracht.


Weet, wie de Heer om bijstand vragen,
zij krijgen antwoord naar hun geloof.
Hij zal vervullen doen hun wensen,
houdt zich voor 't smeekgebed nooit doof.
Want zij die 't van de Heer verwachten,
ontvangen steeds met ruime maat.
Zijn goede gaven in hun handen,
die Hij rijk overlopen laat.


Meer dan een vingerhoed, een emmer,
maar als de wijdsheids van de zee.
Zijn uit Gods hand Zijn milde gaven,
die deelt Hij uit, geeft Hij ons mee.
Vader wil met Zijn zegeningen,
Zijn kinderen, steeds weer verblijd.
Met 't goede dagelijks omringen,
met liefde en goedgunstigheid.

Justus. A  van Tricht


21 april 2006